100 anniversary of dead of poet Albrecht Rodenbach.
Previous
Next
 
Home

Date of issue: 11th of October 1980.

OBC/COB numbers: 1993

 

Created by: Paul Deweerdt/ J. Malvaux

Perforation: 11 1/2
Size: 24 mm x 35 mm
Composition of the sheets:30
Printing Process: Screendeepprint ;
Number of plates: 1-2-3-4
Printing Run: 10.000.000ex
Paper: PF ( see paper Types )

1993 -9F - Statue of Rodenbach

INFO

Albrecht Rodenbach zag het levenslicht te Roeselare op 27 oktober 1856 als oudste zoon uit een gezin van tien kinderen. Al op de lagere stadsschool te Roeselare vertoonde Albrecht Rodenbach een buitengewone begaafdheid en een plastische aanleg. Op elfjarige leeftijd werd hij leerling aan de voorbereidende afdeling van het Klein Seminarie te Roeselare, het Bisschoppelijk instituut waarvan de toenmalige geest en inwendige evolutie van het lerarenkorps bepalend zouden worden voor de opbloei en ideeen rijkdom van Albrecht. Tussen 1870 en 1876 volgde hij er de Grieks-Latijnse humaniora, met een merkwaardig succes: hij was laureaat van retorica in 1876, en bekwam daarvoor vanwege het Roeselaarse stadsbestuur het eerste goud. Tijdens deze collegejaren onderging hij de invloed van talrijke priesterleraars, zoals: Gustaaf Flamen, Emiel Demonie e.a. maar vooral van de retoricaleraar en levenwekker Hugo Verriest. Onder stuwing van de poesisleerlingen, met Albrecht Rodenbach en Julius De Vos aan het hoofd, brak in juli 1875 in het Roeselaarse Klein Seminarie " De Groote Stooringe " los, een kleine, maar betekenisvolle revolte tegen de verfransingsmentaliteit en verstarrende pedagogie van het middelbaar onderwijs. Geïnspireerd door Cansciences werken en symboliek greep ook Rodenbach naar zijn talentvolle, romantische pen en schreef liederen en gedichten o.a. *De Blauwvoet, dat het Stooringelied werd. "De Blauwvoeterij " was geboren... Met deze gedachteninhoud, een Vlaams Nationaal reveil in kunst en politiek, kwam Albrecht Rodenbach, niet zonder aanmoediging van Hugo Verriest, in oktober 1876 aan de Katholieke Universiteit te Leuven rechten studeren. Onmiddellijk trad hij actief op in de Vlaamse strijd Hij schreef bijdragen voor " De Vlaamsche Vlagge", hij was medestichter van de studentenafdeling van het " Davidsfonds " en bracht nieuw leven in het letterkundig genootschap Met Tijd en Vlijt . Op 5 september 1877 werd de Vlaamse Studentenbond te Gent opgericht: Rodenbach was de eerste hoofdman en nam samen met Pol de Mont en Flor Heuvelmans de redactie op zich van het tijdschrift "Het Pennoen ". Deze tijdrovende activiteit in de Vlaamse studentenbeweging belette echter zijn letterkundige bedrijvigheid niet. Meerdere gedichten, alsook het bekende toneelspel Gudrun " verschenen van zijn hand. Vanaf 1878 beleefde Rodenbach een zieledrama veroorzaakt zowel door 'een jeugdige liefdedrang, als door een geestelijke en religieuze twijfel; te Leuven zocht hij tezelfdertijd contact met "La Jeune Belgique " en verzorgde vanaf oktober 1879 een Vlaamse kroniek in " La Semaine des Etudiants ". Hugo Verriest hielp de jonge, romantische streber de innerlijke strijd te overwinnen. In december 1879 kwam het tot een breuk met Pol de Mont en stelde ziekte een einde aan Rodenbachs scheppend werk. In het voorjaar 1880 bleek de ziekte ongeneeslijk en werd hij naar zijn thuis te Roeselare overgebracht. Hij overleed aldaar op 23 juni 1880. Na zijn overlijden bleef Rodenbachs markante en strijdvaardige geest de Vlaamse studentenbeweging begeesteren. In 1909 werd te Roeselare een standbeeld van Rodenbach met de vliegende blauwvoet opgericht. De Regie der Posterijen wil de honderdste verjaardag van het overlijden van deze grote Vlaming met een postzegel herdenken.

.

.

.

.

.

.